In de Meerjarenprogramma’s Infrastructuur Energie en Klimaat (MIEK) worden keuzes vastgelegd over energie-infrastructuurprojecten, zoals hoogspanningsleidingen, transformatorstations of waterstofleidingen. Dat gebeurt zowel op nationaal niveau (nMIEK) als op provinciaal niveau (pMIEK). 

Voor zowel het nMIEK als de pMIEK’s draait het om energie-infrastructuur die van maatschappelijke waarde is voor meerdere doeleinden, zoals het verduurzamen van woningbouw en bedrijventerreinen.

nMIEK

Het nMIEK omvat de energie-infrastructuurprojecten die van nationaal belang zijn. Deze projecten zijn gebaseerd op de energiestrategieën van de 6 Nederlandse industriële clusters, de Cluster Energiestrategieën (CES).

pMIEK

Het pMIEK omvat regionale projecten waarvoor energie-infrastructuur nodig is. Die projecten komen vanuit de RES-regio’s en de lokale, regionale en provinciale opgaven op het gebied van woningbouw, bedrijventerreinen, maatschappelijke voorzieningen en mobiliteit.

Deze projecten worden afgewogen volgens het proces van integraal programmeren. Netbeheerders nemen vervolgens de benodigde infrastructuur op in hun investeringsplannen, in lijn met het prioriteringskader uitbreidingsinvesteringen netbeheerders.

In de zomer van 2023 is in iedere provincie de eerste pMIEK opgeleverd. In februari 2025 moet de volgende versie klaar zijn.

Rol van gemeenten 

Gemeenten zijn medeopsteller van het pMIEK, als partij in het energyboard. Het is van belang dat gemeenten bij het opstellen van het pMIEK meedenken en hun input geven. Dat is nodig om projecten tegen elkaar af te wegen op de manier die lokaal het meest passend is.  

De VNG ontwikkelt samen met het rijk, koepelverenigingen en kennisinstellingen producten om gemeenten te informeren, faciliteren en ondersteunen bij het opstellen van een pMIEK. Daarnaast organiseren we regelmatig (online) kennisbijeenkomsten voor gemeenten of samen met onze partners bijeenkomsten voor alle betrokken partijen. 

Ook hebben gemeenten een rol bij de ruimtelijke procedures, vergunningverlening en eventuele grondtransacties voor projecten die voortvloeien uit de nationale en provinciale MIEK’s. Verder is voor gemeenten van belang te weten welke projecten in het nMIEK staan, omdat zij hierop mogelijk kunnen aansluiten met hun eigen plannen.

MIEK-overeenkomst en -handleiding

In de eerste helft van 2024 wordt een MIEK-overeenkomst tussen rijk, decentrale overheden en netbeheerders getekend. Daarin staat hoe deze partijen met elkaar samenwerken aan de MIEK’s.

Ook wordt een MIEK-handleiding gepubliceerd waarin wordt beschreven hoe infrastructuurprojecten kunnen worden voorgedragen voor de nationale en provinciale MIEK’s. En hoe het proces op zowel nationaal als provinciaal/regionaal niveau kan worden georganiseerd, onder meer aan de hand van energievisies en energyboards.

Zodra de MIEK-overeenkomst en de MIEK-handleiding beschikbaar zijn, worden ze aan deze pagina toegevoegd.

Inzet van de VNG

De VNG betrekt gemeenten bij onze inbreng, zodat de ervaringen uit de praktijk worden ingebracht bij de beleidsvorming. De VNG neemt hiervoor deel aan werkgroepen en een landelijke stuurgroep onder voorzitterschap van de minister voor Klimaat en Energie.

Ook onderhouden we contact met gemeenten om op te halen waaraan zij behoefte hebben – gericht op de gewenste snelheid van projecten – en zetten we acties uit om te zorgen dat gemeenten hierbij worden ondersteund. Zo hebben we een aanvraag ingediend bij het rijk waardoor in alle RES-regio’s extra mensen kunnen worden aangenomen om gemeenten te ondersteunen op het gebied van infrastructuur.