Met de invoering van de Omgevingswet gaat de gefaseerde inwerkingtreding van de Wet kwaliteitsborging voor het bouwen (Wkb) van start. De invoering van de Wkb is een ingrijpende stelselwijziging en gebeurt in gecontroleerde stappen. 

Per 1 januari 2024 is gestart met de nieuwbouwprojecten in gevolgklasse 1. Tussentijds wordt getoetst of mogelijk ook verbouwprojecten in gevolgklasse 1 en de meer complexere bouwprojecten in gevolgklasse 2 en 3 en monumenten onder de Wkb gaan vallen. Gemeenten kunnen zodoende hun implementatiestappen, werkprocessen maar ook beleid controleren en verifiëren. Hieronder leest u meer over de gefaseerde invoering en wanneer welke stappen u moet hebben genomen. 
 

Met de invoering van de Omgevingswet gaat de gefaseerde inwerkingtreding van de Wet kwaliteitsborging voor het bouwen (Wkb) van start. Per 1 januari 2024 is gestart met de nieuwbouwwerken in gevolgklasse 1. Dat is de laagste risicoklasse waar bijvoorbeeld eengezinswoningen en kleinere bedrijfspanden onder vallen. Een overzicht van wat valt onder gevolgklasse 1 is te vinden in de factsheet 'Voorbeelden gevolgklassen'.

Een stelselwijziging is ingrijpend en veranderen gebeurt in gecontroleerde stappen. De Wkb is in transitie waarin op gezette momenten wordt getoetst of mogelijk ook de verbouwprojecten (gevolgklasse 1) en de meer complexere bouwprojecten (gevolgklasse 2 en 3 en monumenten) onder de Wkb gaan vallen.

Het was onderwerp van gesprek over het al dan niet opnemen van verbouwactiviteiten onder de Wkb per 1 januari 2024. Besloten is om de implementatie van de Wkb voor verbouwactiviteiten niet te laten ingaan op die datum. Er komt eerst een invoeringstoets voor een verruiming van de Wkb met verbouwactiviteiten. Medio 2024 zal er over de uitkomsten een debat worden gevoerd. Als de invoeringstoets positief wordt beoordeeld, worden de verbouwactiviteiten per 1 januari 2025 ook onderdeel van de Wkb. Uiterlijk 3 jaar na de start van de Wkb zal een evaluatie plaatsvinden.

Afhankelijk van de uitkomsten van deze evaluatie volgt vervolgens (al dan niet gelijktijdig) de implementatie voor bouwwerken in hogere risicoklassen. Dit omvat bijvoorbeeld bibliotheken en onderwijsgebouwen (gevolgklasse 2) en voetbalstadions en ziekenhuizen (gevolgklasse 3). Op deze manier kunnen gemeenten stapsgewijs de benodigde implementatiestappen, werkprocessen maar beleid controleren en verifiëren. Ook stelt een fasering marktpartijen in staat zich tijdig voor te bereiden. Ga voor meer informatie over het nieuwe stelsel naar de websites van IPLO en Rijksoverheid.

De invoering van de Wkb is een gefaseerde. Eke fase vraagt om een deelimplementatie die een bredere impact heeft op de gemeentelijke organisatie. Zo kunnen er vraagstukken spelen rond het meldingenproces, het heffen van leges/belastingen, de inhoud van het dossier bevoegd gezag, opleiding en scholing van medewerkers, het inrichten van de software en zijn er sterke raakvlakken met en afhankelijkheden van de Omgevingswet. Een gefaseerde invoering stelt gemeenten in de gelegenheid om doorlopend hun implementatiestappen, werkprocessen en beleidskeuzes te controleren en verifiëren. Lees hier meer over implementatie ondersteuning door de VNG.