Staatssecretaris Van der Burg geeft aan dat gemeenten door mogen gaan met het uitzetten van derdelanders die geen voorlopige voorziening of ander rechtsmiddel hebben. In zijn brief staat ook dat de eerdere uitzettingen rechtmatig zijn geweest. 

De VNG en het Veiligheidsberaad zijn positief dat de staatssecretaris helderheid en een handelingsperspectief heeft willen verschaffen, maar hebben zorgen bij de uitvoeringspraktijk. 

Uitspraak Raad van State 

De meest recente uitspraak van de Raad van State van dinsdagavond 2 april geeft aan dat de situatie continu aan verandering onderhevig blijft. In deze uitspraak is aangegeven dat zes derdelanders een uitspraak van Europees Hof mogen afwachten in de Nederlandse opvang, 

Met de brief aan gemeenten inzake derdelanders (pdf, 103 kB) heeft de staatssecretaris duidelijkheid willen geven over welke lijn gemeenten kunnen uitvoeren.

Uitvoering blijft voor gemeenten onduidelijkheid

De VNG en het Veiligheidsberaad verwachten dat door deze uitspraak de komende tijd nog veel meer uitspraken volgen over derdelanders die een voorlopige voorziening (vovo) hebben aangevraagd en dat er op andere manieren uitstel van uitzetting zal worden gevraagd. 

Als in de lijn met de uitspraak van de Raad van State andere vovo’s ook worden toegekend, dan kan het zijn dat de derdelander gebruik mag blijven maken van de voorzieningen onder de RTB. De VNG verwacht dat deze groep veel groter kan worden. 

Dit betekent dat de eenduidigheid over de verblijfsstatus van veel derdelanders voor gemeenten nog lang onduidelijk blijft. 

BRP pas op 22 april op orde, essentieel voor een goede beoordeling 

Het beëindigen van de opvang van derdelanders, zoals de staatssecretaris gisteravond in een brief aangaf, is voor gemeenten ook complex, omdat de IND niet voor 22 april a.s. informatie in de systemen op orde zal hebben. Gemeenten kunnen dus pas vanaf 22 april met zekerheid uit de basisregistratie personen (BRP) ophalen of de derdelanders verblijfsrecht hebben. 

Ook na deze datum kunnen gemeenten nog geconfronteerd worden met wijzigingen in het verblijfsrecht of voorlopige voorzieningen die niet direct in de BRP zijn verwerkt.  

Gevolgen van uitzetting 

Door alle lopende juridische procedures en het feit dat de IND hun systemen niet voor 22 april a.s. op orde heeft, houdt de onduidelijkheid voorlopig aan. Ook voor de derdelanders is uniforme duidelijkheid en rechtszekerheid essentieel.