In onze gemeente is een toko gevestigd die op dit moment detailhandel drijft (afhaal van etenswaren + verkoop van andere producten). Op het pand rust tevens de bestemming horeca, dus er mag ook horeca worden gedreven. Dit wil de ondernemer ook graag.

Nu verbiedt art 14 lid 2 Alcoholwet dat wanneer er een alcoholwetvergunning is verleend er niet tevens kleinhandel of zelfbedieningsgroothandel mag worden uitgeoefend, tenzij het betreft de verkoop van etenswaren die voor consumptie gereed zijn. Dit houdt voor de toko dus in dat er wel een mogelijkheid tot afhaal van gerechten mag blijven, maar dat er bijvoorbeeld geen kroepoek, sambal e.d. vanuit schappen mag worden verkocht. Hoe zit het als er wel een exploitatievergunning is verleend, en dus horeca wordt geƫxploiteerd, maar er geen alcoholhoudende drank wordt geschonken. Mag er dan wel kroepoek, sambal e.d. vanuit schappen worden verkocht?

Antwoord

Als er sprake is van zogenaamde droge horeca (een gelegenheid waar spijzen en/of uitsluitend alcoholvrije dranken worden verstrekt voor gebruik ter plaatse) is de Alcoholwet niet van toepassing maar is wel een exploitatievergunning vereist.

In veel APV's is aangegeven dat de combinatie van horeca met detailhandel niet is toegestaan. Vermoedelijk hangt dit samen met de bestemming op een pand. Echter, als de bestemming zowel horeca als detailhandel is zou ditgeen beletsel vormen.

Dit neemt niet weg dat er andere gronden in de APV kunnen staan vermeld die wel een beletsel zouden kunnen zijn. Dit moet dus getoetst worden. Hiernaast is het van belang dat op de winkel (de detailhandel) de Winkeltijdenwet van toepassing is. Het kan dus zijn dat voor de horeca andere (vaak ruimere) openingstijden mogelijk zijn dan voor de detailhandel.